Eerste clubrit toerseizoen 2018

De lente is begonnen en daarmede ook het toerseizoen van de MC Flardinga. De motoren konden uit hun winterslaap gewekt worden en de motorkleding kon uit de mottenballen gevist worden. De eerste rit zou naar de binnenlanden van zuid-west Brabant gaan. We zouden bekende plekken gaan tegenkomen, maar ook zouden we op plaatsen komen, waar we nog niet geweest waren. Omdat er dit jaar geen toercommissaris van dienst meer werkzaam is voor de MC Flardinga, is Rinus bereid gevonden om voor het komende seizoen een aantal ritten uit te zetten, die gedownload kunnen worden en waaruit een keuze gemaakt kan worden. Er zijn tenslotte mensen zat met een Tom Tom/Garmin. Ik was benieuwd naar het aantal deelnemers, want het zou, volgens het KNMI, redelijk goed weer voor de motoren gaan worden. Bij het vertrek stonden er 15 mannen met hun stalen ros te wachten en ik zag een paar nieuwe gezichten. Mogelijk levert dat weer nieuwe leden op, want er is aanwas noodzakelijk om de club gezond te houden.

De rit ging via Rhoon/Portland naar de Heinenoordtunnel. Allemachtig, wat is Rhoon uitgebreid, het heeft niets meer met het oude dorp Rhoon te maken, alle weilanden zijn volgebouwd. Door de tunnel naar Klaaswaal en daarna door naar Willemstad. Het was lekker rustig in de polders, maar je kon wel zien, dat de wielrenners ook uit hun winterslaap waren gekomen, er reden er genoeg rond. In cafe Gastel Sfeer, bij Oud Gastel werd de eerste koffiestop gehouden. Aad Odijk fungeerde als vooroprijdert en ondanks het feit, dat hij de nieuwste kaarten in zijn Garmin had, moesten we af en toe een draai maken, omdat wegen doodliepen of dat er te vroeg werd afgeslagen. Maar met een clubje met 15 man is dat niet zo’n probleem.  Verder ging het naar Roosendaal, Bosschenhoofd, Hoeven, door bossen en langs velden. Het was weer genieten. In Sprundel ging het even fout. Er was aangegeven dat de doorgaande route afgesloten was, maar dat geldt niet voor Garmin en eigenwijs als we zijn, ging het door totdat de weg niet verder ging. Er werd een kruipdoor/sluipdoor route over een smal trottoir gevonden en gelukkig waren er geen voetgangers, want dat zouden de nodige verwensingen hebben opgeleverd. Ook werd St. Willibrord aangedaan, het dorp van de bouwvakkers. Je kan zien dat die mensen van hun beroep hun hobby hebben gemaakt, want er staan daar de nodige plaatjes van villa’s. Langs Etten-Leur en Prinsenbeek ging het naar Langeweg, alwaar de lunch gebruikt werd. Dat duurde iets langer dan we gewend waren, zodat na een korte tocht door de polders bij Hooge en Lage Zwaluwe ter hoogte van de Moerdijkbrug de snelweg werd opgezocht, zodat we toch op tijd thuis konden zijn.

De eerste rit zat er op met prachtig toerweer en nu maar hopen dat de weergoden ons in de toekomst gunstig gezind zullen zijn.

Tot de volgende rit

Peet van Konijnenburg